Joas

Introductie (2Kon 11-13:1 + 2Kron 24)

Oma Atalia vermoord haar klein kinderenJoas kroning In de hoofdstukken ervoor lees je over de achtergronden, die van belang zijn. Probeer een globale indruk te vormen over de vader, grootvader en overgrootvader van Joas. Waren dat goede mannen, met wie trouwden ze en wat deden ze in hun relatie met God en in relatie met hun familie. Verplaats jezelf dan in de tijd van Joas en stel je voor dat er in ons land gebeurd wat er toen gebeurde. Hoe zou daar over in de krant geschreven worden, wat zou je er zelf bij voelen en denken.

Lees onderstaande gedeelten door 

Klik op [+ NBG] om de tekst te kunnen lezen.

2Kon 11:1 Toen Atalja, de moeder van Achazja, zag, dat haar zoon dood was, maakte zij zich op en bracht het gehele koninklijke geslacht om.
2Koni 11:2-3 Maar Jehoseba, de dochter van koning Joram, de zuster van Achazja, nam Joas de zoon van Achazja, en bracht hem met zijn voedster heimelijk weg uit de kring der prinsen die gedood werden, naar de bergplaats voor de bedden; en zij verborgen hem voor Atalja, zodat hij niet ter dood gebracht werd. (3) Hij bleef zes jaar bij haar verborgen in het huis des Heren, terwijl Atalja over het land regeerde.
2Kon 11:4-12 Maar in het zevende jaar ontbood Jojada de oversten over honderd van de lijfwacht en van de garde; hij liet hen bij zich komen in het huis des Heren, sloot met hen een verbond en nam hun een eed af in het huis des Heren. Daarop toonde hij hun de zoon des konings. (5) En hij beval hun: Dit moet gij doen: het derde deel van u, dat op de sabbat dienst moet doen en de wacht betrekt bij het koninklijk paleis (6) (een ander derde deel staat bij de poort Sur en nog een derde deel bij de poort achter de garde) dat moet bij de tempel de wacht houden bij beurten. (7) De twee afdelingen van u, allen die op de sabbat vrijaf krijgen, moeten in het huis des Heren de wacht houden, bij de koning; (8) gij moet u rondom de koning scharen, ieder met zijn wapens in de hand, en wie tussen de gelederen komt, moet ter dood worden gebracht. En blijft bij de koning, als hij naar buiten gaat of binnenkomt. (9) De oversten van honderd deden alles wat de priester Jojada geboden had; ieder van hen nam zijn mannen die op de sabbat dienst moesten doen, met hen die op de sabbat vrijaf kregen, en zij kwamen bij de priester Jojada. (10) De priester gaf aan de oversten over honderd de speren en schilden van koning David, die zich in het huis des Heren bevonden. (11) En de garde stelde zich op, ieder met zijn wapens in de hand, van de rechtervleugel tot de linkervleugel van het huis, bij het altaar en bij het huis, rondom de koning. (12) Toen bracht hij de zoon des konings naar buiten, zette hem de kroon op en gaf hem de Getuigenis. Zo maakten zij hem koning; zij zalfden hem, klapten in de handen en riepen: Leve de koning!
2Kon 11:13-16 Toen Atalja het geroep van de garde en van het volk hoorde, ging zij naar het volk in het huis des Heren, (14) en zag, zie, daar stond de koning bij de zuil, volgens het gebruik, terwijl de oversten met de trompetten bij de koning waren; en al het volk des lands verheugde zich en blies op trompetten. Toen verscheurde Atalja haar klederen en riep: Verraad, verraad! (15) Maar de priester Jojada gebood de oversten over honderd, de bevelhebbers van het leger, en zeide tot hen: Brengt haar tussen de gelederen naar buiten en doodt met het zwaard al wie haar volgt. Want de priester had gezegd: Zij mag niet ter dood gebracht worden in het huis des Heren. (16) Daarop sloegen zij de handen aan haar; en toen zij door de ingang voor de paarden bij het koninklijk paleis gekomen was, werd zij daar ter dood gebracht.
2Kon 11:17-21 Toen sloot Jojada het verbond tussen de Here en de koning en het volk, dat zij een volk des Heren zouden zijn, alsmede tussen de koning en het volk. (18) Het gehele volk des lands ging naar de tempel van Baal en zij haalden die omver, zijn altaren en zijn beelden verbrijzelden zij volkomen en doodden Mattan, de priester van Baal, voor de altaren. En de priester stelde wachtposten aan voor het huis des Heren. (19) Daarop nam hij met zich de oversten over honderd, de lijfwacht, de garde en het gehele volk des lands; zij leidden de koning uit het huis des Heren en kwamen door de poort der garde in het koninklijk paleis, en hij nam plaats op de koningstroon. (20) Het gehele volk des lands verheugde zich en de stad bleef rustig, nadat zij Atalja met het zwaard ter dood gebracht hadden in het koninklijk paleis. (21) Joas was zeven jaar oud, toen hij koning werd.
2Kon 12:1-16 In het zevende jaar van Jehu werd Joas koning en hij regeerde veertig jaar te Jeruzalem. Zijn moeder heette Sibja; zij was uit Berseba. (2) Joas deed wat recht is in de ogen des Heren, al de dagen, dat de priester Jojada hem onderwees. (3) Alleen verdwenen de hoogten niet; nog steeds slachtte en offerde het volk op de hoogten. (4) Joas gebood de priesters: Al wat onder de heilige gaven aan geld in het huis des Heren gebracht wordt, gangbaar geld, het hoofdgeld, waarop ieder geschat is, en al het geld, dat ieder naar de drang zijns harten in het huis des Heren brengt, (5) dat moeten de priesters in ontvangst nemen, ieder van zijn bekenden; en zij moeten daarmede de bouwvallige gedeelten van het huis herstellen, overal waar iets bouwvalligs gevonden wordt. (6) Maar in het drieentwintigste jaar van koning Joas hadden de priesters de bouwvallige gedeelten van de tempel nog niet hersteld. (7) Toen ontbood koning Joas de priester Jojada en de overige priesters en zeide tot hen: Waarom herstelt gij de bouwvallige gedeelten van de tempel niet? Nu dan, gij moogt van uw bekenden geen geld meer in ontvangst nemen, maar gij moet het afleveren voor de bouwvallige gedeelten van de tempel. (8) En de priesters bewilligden erin, dat zij geen geld meer van het volk zouden ontvangen, maar dat zij dan ook de bouwvallige gedeelten van de tempel niet zouden behoeven te herstellen. (9) Toen nam de priester Jojada een kist, boorde een gat in het deksel en plaatste die naast het altaar, ter rechterzijde, wanneer men het huis des Heren binnenkomt; en daarin deden de priesters, de dorpelwachters, al het geld dat in het huis des Heren gebracht werd. (10) Zodra zij gezien hadden, dat er veel geld in de kist was, kwam de schrijver des konings met de hogepriester; zij pakten het geld dat in het huis des Heren gevonden werd, in buidels en telden het. (11) Dan stelden zij het afgewogen geld ter hand aan de opzichters die over het huis des Heren aangesteld waren, en dezen betaalden het uit aan de timmerlieden en de bouwlieden die aan het huis des Heren werkten, (12) aan de metselaars en de steenhouwers; ook besteedden zij het voor het aankopen van hout en gehouwen stenen, om te herstellen wat bouwvallig was aan het huis des Heren, en voor al wat uitgegeven werd tot herstel van het huis. (13) Doch er werden voor het huis des Heren geen zilveren schalen, messen, sprengbekkens, trompetten, generlei gouden of zilveren voorwerpen gemaakt van het geld dat in het huis des Heren gebracht was. (14) Maar zij gaven dit aan de opzichters om daarmee het huis des Heren te herstellen, (15) en hielden geen afrekening met de mannen aan wie zij het geld ter hand gesteld hadden om het aan de werklieden te geven; want zij handelden in goed vertrouwen. (16) Maar het geld van schuldoffers en van zondoffers werd niet in het huis des Heren gebracht, doch dat was voor de priesters.
2Kon 12:17-18 (17) Toen trok Hazael, de koning van Aram, op, streed tegen Gat en nam het in. Toen Hazael aanstalten maakte om tegen Jeruzalem op te trekken, (18) nam Joas, de koning van Juda, al de heilige gaven die Josafat, Joram en Achazja, zijn vaderen, koningen van Juda, geheiligd hadden, alsmede de door hem zelf geheiligde gaven en al het goud dat zich in de schatkamers van het huis des Heren en van het koninklijk paleis bevond, en zond het aan Hazael, de koning van Aram. Toen trok deze weg van Jeruzalem.
2Kon 12:19-31 (19) Het overige van de geschiedenis van Joas en alles wat hij gedaan heeft, is dat niet beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Juda? (20) Zijn dienaren maakten zich op en smeedden een samenzwering; zij sloegen Joas neer in Bet-millo, dat op de helling naar Silla ligt. (21) Jozabad namelijk, de zoon van Simat, en Jozabad, de zoon van Somer, zijn dienaren, sloegen hem neer, zodat hij stierf. En men begroef hem bij zijn vaderen in de stad Davids; zijn zoon Amasja werd koning in zijn plaats. (13:1) In het drieentwintigste jaar van Joas, de zoon van Achazja, de koning van Juda, werd Joachaz, de zoon van Jehu, koning over Israel te Samaria; hij regeerde zeventien jaar.
2Kron 24:1-27 Joas was zeven jaar oud, toen hij koning werd, en hij regeerde veertig jaar te Jeruzalem. Zijn moeder heette Sibja; zij was uit Berseba. (2) Joas deed wat recht is in de ogen des Heren, zolang de priester Jojada leefde. (3) Jojada nu nam twee vrouwen voor hem, bij wie hij zonen en dochters verwekte. (4) Daarna besloot Joas het huis des Heren te vernieuwen. (5) Hij riep de priesters en de Levieten bijeen en zeide tot hen: Trekt uit naar de steden van Juda en verzamelt uit geheel Israel geld om het huis van uw God elk jaar te herstellen. Zet spoed achter deze zaak. Maar de Levieten deden het niet. (6) Toen ontbood de koning de hoofdpriester Jojada en zeide tot hem: Waarom hebt gij er niet op gelet, dat de Levieten uit Juda en uit Jeruzalem de heffing van Mozes, de knecht des Heren, bijeenbrachten, zoals de gemeente van Israel deed ten behoeve van de tent der getuigenis? (7) Want de zonen van de goddeloze Atalja hebben in het huis Gods ingebroken en zelfs al de geheiligde voorwerpen van het huis des Heren voor de Baals gebruikt. (8) Op bevel van de koning maakte men toen een kist, zette die buiten bij de poort van het huis des Heren (9) en liet in Juda en in Jeruzalem omroepen, dat zij de Here de heffing moesten brengen, die Mozes, de knecht Gods, aan Israel in de woestijn had opgelegd. (10) Toen verheugden zich al de oversten en het gehele volk; zij brachten geld bijeen en wierpen het in de kist, tot deze vol was. (11) Telkens wanneer de kist door de Levieten naar de ambtenaren van de koning gebracht werd en dezen zagen, dat er veel geld in was, kwamen de schrijver van de koning en de gevolmachtigde van de hogepriester en ledigden de kist; dan nam men haar op en zette haar weer op haar plaats. Zo deed men iedere keer, en zij verzamelden geld in overvloed. (12) De koning en Jojada gaven dit aan de opzichters over het werk aan het huis des Heren; en dezen huurden steenhouwers en timmerlieden om het huis des Heren te vernieuwen, en ook ijzersmeden en kopersmeden om het huis des Heren te herstellen. (13) Toen gingen de werklieden aan de arbeid, en het herstellingswerk vorderde onder hun handen: zij vernieuwden het huis Gods naar het oorspronkelijk bestek en brachten het in goede staat. (14) Toen zij klaar waren, brachten zij de rest van het geld naar de koning en Jojada; deze maakte daarvan allerlei voorwerpen voor het huis des Heren: gerei voor de dienst en het offer, ook schalen, en ander gouden en zilveren gerei. Zolang Jojada leefde, bracht men voortdurend brandoffers in het huis des Heren. (15) Jojada werd oud en van het leven verzadigd, en stierf. Hij was, toen hij stierf, honderd dertig jaar oud. (16) Men begroef hem in de stad Davids bij de koningen, want hij had gedaan wat goed was in Israel, zowel jegens God als jegens zijn huis. (17) Maar na de dood van Jojada kwamen de oversten van Juda en bogen zich voor de koning neer; toen luisterde de koning naar hen. (18) Zij verlieten het huis van de Here, de God hunner vaderen, en dienden de gewijde palen en de afgodsbeelden, zodat er toorn kwam over Juda en Jeruzalem wegens deze schuld van hen. (19) En de Here zond onder hen profeten om hen tot Zich te doen terugkeren; hoewel dezen hen ernstig waarschuwden, luisterden zij niet. (20) Toen vervulde de Geest Gods Zekarja, de zoon van de priester Jojada, en hij ging tegenover het volk staan en zeide tot hen: Zo zegt God: waarom overtreedt gij de geboden des Heren en wilt gij niet voorspoedig zijn? Omdat gij de Here verlaten hebt, heeft Hij u verlaten. (21) Maar zij maakten een samenzwering tegen hem en stenigden hem op bevel van de koning in de voorhof van het huis des Heren. (22) Koning Joas hield de trouwe hulp, die zijn vader Jojada hem betoond had, niet in gedachtenis, maar doodde zijn zoon. En, toen deze stierf, zeide hij: De Here zie het en neme wraak! (23) Bij de wisseling des jaars trok het leger van Aram tegen hem op. Zij drongen door tot Juda en Jeruzalem en verdelgden alle volksoversten onder het volk en zonden de gehele buit aan de koning van Damascus. (24) Hoewel het leger van Aram met een gering aantal mannen kwam, gaf de Here toch een zeer talrijk leger in hun macht, omdat de Judeeers de Here, de God hunner vaderen, hadden verlaten. En zij voltrokken aan Joas strafgerichten. (25) En toen zij van hem weggetrokken waren (zij lieten hem namelijk in een ernstige ziekte achter) maakten zijn dienaren een samenzwering tegen hem wegens het bloed van de zoon van de priester Jojada; zij sloegen hem op zijn bed dood en hij stierf. Men begroef hem in de stad Davids, maar niet in de graven der koningen. (26) Dezen nu zijn het, die tegen hem hebben samengezworen: Zabad, de zoon van Simat, de Ammonitische, en Jozabad, de zoon van Simrit, de Moabitische. (27) Over zijn zonen, over de talrijke Godsspraken tegen hem en over de grondlegging van het huis Gods is geschreven in de Uitlegging van het boek der koningen. Zijn zoon Amasja werd koning in zijn plaats.

 

Dit schema geeft een overzicht van koningen, koninginnen, relaties, profeten en jaartallen.

Tijd van Joas

 

Verwerkings vragen

1. Schrijf iets over de tijd waarin Joas leefde door een kort overzicht van zijn familie geschiedenis en de toestand van het land te geven.

2. Hoeveel invloed had zijn moordzuchtige Oma en dat verleden op hem?

3. Wie had het meeste invloed op zijn leven?

4. Wie had het meeste invloed op zijn leven moeten hebben?

5. Wat ging er fout?

6. Wat kun je daar persoonlijk van leren?

7. Wat wordt geopenbaard over Gods karakter in Zijn omgang met deze persoon?

8. Wat is een sleutelvers die het verhaal van Joas omschrijft?

 

Formuleer lessen om je ‘ervaring’ met Joas met anderen te delen

Probeer aan het eind van je studie, goed kijkend naar wat er staat (niets staat er voor niets), een les of aantal lessen te formuleren om met anderen te delen.

 

Hieronder als voorbeeld een overzicht van mijn studie en lessen

Na het lezen en bestuderen van de geschiedenis rondom het leven van Joas, kwam ik tot de volgende ontdekkingenOma Atalia vermoord haar klein kinderen
Joas kroning

Jehoram, zoon van Jehosafat (1 van de beste koningen van Juda (alhoewel hij wel zijn zoon had laten trouwen met een dochter van Achab en Izebel), was zelf 1 van de slechtste. Hij trouwde de dochter van Achab & Izebel – Atalja. Een slecht (ongelijk span) waardoor zijn geestelijk leven snel afzakte en hij al de wegen van Achab & Izebel met hun Baal verering overnam!

Als er een zonde begaan kon worden, deed Jehoram het: moord, afgoderij, onderdrukking en Gods lastering!

Jehoram vernielde al de hervorming van zijn godsvruchtige vader Jehosafat en grootvader Asa! Grotendeels door de slechte invloed van deze duivelse vrouw Atalja!

Als deel van Gods tucht kwamen de Edomieten in opstand, die hij tevergeefs probeerde te onderwerpen, net als de mensen uit Libnah, een stad in zijn eigen koninkrijk.

Toen kreeg hij een brief van Elia, net voordat Elia opgenomen werd – ook daar luisterde Jehoram niet naar, waarop een invasie van de Filistijnen en Arabieren volgde wat met veel verliezen gepaard ging. Toen kreeg hij de gevreesde ziekte die Elia had aangekondigd en toen hij stierf was er geen rouw onder het volk!

Aan het eind van Jehoram’s 8 jarige regering, vol van oorlog, rebellie, verliezen en ziekte, werd zijn zoon Achazja koning, maar dat was alleen maar in naam, want zijn moeder Atalja regeerde achter de schermen over Juda, net zoals haar moeder in het Noorden over Israel. Deze 2 heidense vrouwen, die God haatte en de afgodendienst en allerlei kwaad liefhadden, waren de werkelijke regeerders in beide Koninklijke huizen, tot het punt dat het joodse geloof op het punt was compleet uitgeroeid te worden – weet je nog wat Elia zei? ‘Ik ben de enigste – laat me maar sterven’!

Achazja was ook een slechte koning – hoe kan het ook anders met zulke ouders en werd na 1 jaar regeren gedood door Jehu, koning van Israel, die en de zoon van Achab en Izebel en hun schoonzoon vermoordde – bedenkt wel, dit wat een heftige BURGEROORLOG! Daarna was Izebel aan de beurt en alles gebeurde naar het profetisch woord gesproken door Elisa!

Achazja had zonen, waarvan er één waarschijnlijk als opvolger had gekomen, was het niet dat Atalja, de koningin in haar complete gekte al haar klein kinderen vermoordde om zo zelf als koningin de Baal verering te promoten – ze vermoordde al haar klein kinderen, behalve 1 – Joas! En daar begint onze geschiedenis in 2Kon 11:2 – één van de meest indrukwekkende ingrepen van God in de geschiedenis van Zijn volk, in het bewaren van de lijn van David (waaruit later de Messias geboren moest worden).

* Wie was Jehoseba?
> dochter van Koning Joram – niet Atalja? en de vrouw van Jojada de hogepriester

* Wat was Jojada voor een man?
> 2 Kon 11:9,15 Hij gebood de legeroversten – was dus een machtig en invloedrijk man!

* Waar werd Atalja ter dood gebracht?
> 2 Kon 11:15-16 niet in het huis des Heren, maar bij de ingang voor de paarden van het koninklijk paleis.

* Wat deed het volk nadat Jojada een verbond had gesloten?
> 2 Kon 11:18: baal tempel afbreken & Mattan, de baal hogepriester, doden.

* Hoeveel vrouwen koos Jojada voor Joas?
> 2 Kron 24:3: 2 vrouwen (waarom niet 1, vroeg ik me af?)

* Wie werden de raadslieden van Joas na Jojada’s dood?
> 2 Kron 24:17: de oversten van Juda! Hoeveel hadden die opgestoken, overgenomen van Jojada’s godsvrucht? Bitter weinig zo blijkt!

* Door wie werd Joas vermoord?
> 2 Kron 24:26: Sabat (Ammoniet) + Simrit (Moabiet). Het zegt met name de Ammonitische en Moabitische en je vraagt je af waarom zonen van dit volk onder zijn naaste dienaren hun plaats innamen. Het toont in ieder geval gemengde huwelijken onder hen die zich rondom de koning schaarden.

* Weten we iets van Joas’ kennis van Gods Woord?
> 2Kron 24:6 Hij vermaande Jojada dat hij niet de heffing van Mozes bijeen had gebracht. Hij moet dus met meerdere delen bekend zijn geweest.

* Welke goede karakter eigenschappen heb je bij Joas opgemerkt?
> Besluitvaardig, dapper, geen compromis, georganiseerd, goed rentmeester, ijverig, ondernemend, perspectief, toegewijd, weet wat hij wil.

* Welke slechte karakter eigenschappen?
> Dwaas, geeft nergens om, gewelddadig, goddeloos, impulsief, indiscreet, koppig, kortzichtig, kwaadaardig, niet fair, niet gevoelig, onbeschaamd, onbeschoft, onbetrouwbaar, ondankbaar, ongehoorzaam, ongestadig, onmenselijk, onzeker, sterke eigen wil, verheugt zich in het kwaad, wreed.

De meeste karakter trekken van toepassing zijn negatief, alhoewel die pas in de laatste periode van zijn leven zich openbaarde. Maar hier wordt hij wel voor herinnerd. Het meeste van zijn leven goed en dan zo’n schokkend, eigenlijk onverwacht en triest einde. God verhoedde het in mijn leven.

* Hoeveel invloed had zijn moordzuchtige Oma en het verleden op hem?
> In eerste instantie niets – hij leefde onder de invloed van de godsvruchtige invloed van deze priester en zijn tante Joseba. Maar later zien we dat hij in een zelfde soort patroon vervalt als zijn grootvader en grootmoeder!

* Wie had het meeste invloed op zijn leven?
> Mensen: Jojada, maar later de jongere vorsten van Juda (onwijze raadslieden) die hem omringden.
2 Kron 24:2 Joas deed wat recht is in de ogen des Heren, zolang de priester Jojada leefde.
2 Kron 24:17 Maar na de dood van Jojada kwamen de oversten van Juda en bogen zich voor de koning neer; toen luisterde de koning naar hen.

* Wie had het meeste invloed op zijn leven moeten hebben?
> “God” zeggen we natuurlijk allemaal – heel vroom! Moge het zo zijn voor ons allen! En toch is dat de grote vraag – God of mensen (of die nu goed of kwaad zijn)? Wie is (heeft) de grootste invloed op ons leven en denken?

* Wat ging er fout?

  • Afgoderij bleef bestaan – hij verwijderde niet de offer hoogten
  • Hij gebruikte de tempel schatten om de Koning van Aram om te kopen
  • Hij luisterde naar raad en advies, wat het nu goed of kwaad
  • Op het eind vermoorde hij zelfs zijn half-broer, zo gek werd het (zat wel in de familie lijn!)
  • Kompleet verslagen en vermoord door zijn eigen (dubieuze) dienst knechten

  • Anne de Vries (voorlees Bijbel) geeft als één van de redenen dat Joas onkundig was (bleef) om zijn eigen mening te vormen, dat hij in de tempel opgroeide zonder leeftijd genoten en altijd onder (invloed van) oudere volwassen mensen (waarvan Jojada dan de meeste invloed op hem had).
  • Oma Atalja – een titel die ik bewust gebruikt heb om aan te duiden, dat het om echte personen gaat, wat laat zien tot wat voor niveau van slechtheid een persoon (in dit geval een Oma) kan afdalen: een Oma die haar kinderen en klein kinderen laat ombrengen om zelf aan de macht te komen / blijven. Triest, maar ook vandaag een realiteit: mensen gaan in hun machtswellust tot extreme vormen van zelfzucht en slechtheid!
  • Zo sterk als Jojada een positie innam, zo terughoudend lijkt de Sterkste en Machtigste om hier op aarde die positie in te nemen. Hij had het ultieme gezag, maar was heel bewust uiterst gereserveerd dat te gebruiken (en alles in onderwerpen aan Zijn Vader’s wil).
  • Jojada was een goede raadgever en invloed, maar een vraag die mij heeft bezig gehouden: ‘was hij goed als discipel maker’?
    Leerde Jojada Joas vertrouwen op en gehoorzamen aan God?
    Wijze discipel makers, maken anderen niet afhankelijk van zichzelf, maar van God Zelf. Natuurlijk doen we dingen samen, luisteren en leren we van goede onderwijzers, maar het meest belangrijke is hen volledig afhankelijk te maken van God, hen te leren luisteren naar en gehoorzamen van Gods raad aan hen persoonlijk – zodat zij zelf horen wat de Geest zegt aan de Gemeente vandaag.
    Dit is ook belangrijk met mijn kinderen – niet mijn overtuiging(en), maar hun eigen helpen vormen op basis van Gods Woord.
  • Joas bewijst dat hij alleen maar onder de raad en leiding (mentorschap) van mensen leefde en niet van de Heilige Geest (hij had niet zijn eigen relatie en afhankelijkheid van God ontwikkeld).
    En jij en ik, onder wat voor raad staan wij? Zoeken en vinden wij het aangezicht van de levende God voor onszelf, worden wij door Hem persoonlijk geraad in onze binnen kamers?
    En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, (17) de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet; maar gij kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn. (18) Ik zal u niet als wezen achterlaten. Ik kom tot u.
    Joh 14:26 maar de Trooster, de Heilige Geest, die de Vader zenden zal in mijn naam, die zal u alles leren en u te binnen brengen al wat Ik u gezegd heb.
  • Als je eerlijk je eigen leven en leer ‘methode’ onderzoekt, wie heeft het meeste vat op jouw denken? God, door Zijn Heilige Geest en Woord, mensen (d.m.v. boeken, video, mp3), of ….
  • Een goed hoopvol begin kan totaal vernietigd worden door een miserabel einde – laten we toch alsjeblieft God vrezen, Zijn bescherming (geboden) met hartenlust onderhouden en oppassen voor de gevaren!

.

>